We zijn geneigd om dieren en dingen menselijke eigenschappen te geven. Dat wordt regelmatig gebruikt in de reclame. Het vermenselijken van een product of merk zorgt voor herkenning en kan de band met het product versterken. En dat is wat de producent van dit product graag ziet. Deze vorm van gedragsbeïnvloeding heet antropomorfisme en het is niet vreemd dat merken daar gebruik van maken, denk aan la vache qui rit en pratende M&M’s.
Onze voorkeur voor knuffeldieren en het feit dat we meehuilen met bambi als zijn moeder door een jager wordt neergeschoten, zijn ook vormen van antropomorfisme, net als Donald Duck en Mickey Mouse.
In mijn omgeving heb ik tal van voorbeelden gevonden: een lachende deur of stoel, een knipoog in het embleem van BCC dat sterk op een gezicht lijkt, een blik en veger met een snor, een speen met een beugel en een geldmaat met een lach.
Lees verder